De werkgroep Regelgeving en veiligheid heeft als doel: wegnemen van wettelijke beperkingen voor distributie en gebruik van LNG als transportbrandstof, inclusief vergunningverlening.
Wet- en regelgeving zijn nog niet ingesteld op LNG als transportbrandstof. Technische en ruimtelijke eisen aan LNG moeten ontwikkeld worden. Ook ontbreekt het nog aan exacte kennis over het gedrag van LNG. Een ander probleem vormt het feit dat transport van LNG over de weg – ten behoeve van bevoorrading van de brandstoffenmarkt – gelimiteerd is. Het Nederlandse Basisnet stelt grenzen aan de hoeveelheid die vervoerd mogen worden. Daarom zijn ook andere vormen van vervoer nodig, zoals over water.
In 2014 werd het Nationaal LNG Veiligheidsprogramma opgericht, om de kennis over de veiligheidsaspecten van LNG (Liquefied Natural Gas ofwel vloeibaar aardgas) te vergroten. LNG is schoner en stiller dan traditionele transportbrandstoffen. Overheid en bedrijfsleven werken daarom samen aan de introductie van LNG, als brandstof voor scheepvaart en zwaar wegtransport. Veiligheid is daarbij een eerste voorwaarde. Het Nationaal LNG Veiligheidsprogramma is een initiatief van het Nationaal LNG Platform, in samenwerking met TNO, NEN, Vopak, Gasunie, Shell, GDZ SUEZ, Rolande, RIVM en de Rijksoverheid.
Klik hier voor meer informatie over het Nationaal LNG Veiligheidsprogramma
De belangrijkste activiteiten van de werkgroep zijn:
- Kennis verzamelen, ontwikkelen en verspreiden. Dit gebeurt in het inmiddels opgezette Nationaal LNG Veiligheidsprogramma. Het Nationaal LNG Platform heeft zitting in de Stuurgroep.
- Ontwikkelen van handreikingen in de Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen (PGS). In de PGS-33 is beschreven hoe LNG-tankstations voor het verkeer dienen te worden ingericht. Voor het bunkeren van binnenschepen is de PGS in ontwikkeling.
- Met het Ministerie van Infrastructuur en Milieu ontwikkelen van een ‘LNG Interim beleid voor Externe Veiligheid’.
- Communicatie met organisaties die betrokken zijn bij vergunningverlening voor tank- en bunkerstations, zoals het Interprovinciaal Overleg (IPO), de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) en het Instituut Fysieke Veiligheid (IFV).
- Afstemmen van Nederlandse veiligheidsinzichten met die van andere Europese landen, zodat het internationale transport goed kan worden bediend. Afstemming gebeurt binnen bestaande (Europese) samenwerkingsverbanden.
- Bijdragen aan de ontwikkeling van voorlichtingsmiddelen en trainingsfaciliteiten voor hulpdiensten, zodat zij adequaat kunnen reageren wanneer zich een ongeval voordoet waarbij LNG betrokken is.